Het syndroom van lage datavolwassenheid
“Datakwaliteit is als de getijden, zeg ik altijd tegen klanten. Pas als het eb wordt, zie je wie er zonder zwembroek zwemt”, aldus Pieter-Jan Snijders, Managing Consultant Data & Analytics bij Cegeka. “Wij helpen veel middelgrote organisaties die kampen met data van beroerde kwaliteit. In de regel is dat een symptoom van lage datavolwassenheid. Pas als je serieus gaat transformeren, komt dit aan de oppervlakte. En dan ontdek je bijvoorbeeld dat je al maandenlang onjuiste data aan belangrijke stakeholders rapporteert.”
Data van slechte kwaliteit (denk aan verouderde of inconsistente gegevens) is an sich al een ernstig verschijnsel. Uit onderzoek van Harvard blijkt bijvoorbeeld dat 3 procent vervuilde data tot 30 procent meer operationele kosten leidt. Maar er zijn nog veel meer symptomen voor het syndroom van lage datavolwassenheid, legt Pieter-Jan uit. “Denk bijvoorbeeld ook aan veel moeten overleggen om beslissingen te kunnen nemen, falende ad-hoc dataprojecten, gegevens die vastzitten in silo’s en het ontbreken van een link tussen data en de business omdat rapportages zijn ondergebracht bij finance.”
Datagedreven: moeten en/of willen?
De meeste organisaties begrijpen wel dat datagedreven werken meerwaarde biedt. Maar transformeren tot een datagedreven organisatie, is dat een kwestie van moeten of willen? Pieter-Jan, resoluut: “Allebei. Data is op veel fronten echt een gamechanger. Heb je je data niet op orde, zo horen we van veel klanten, dan is het een kwestie van tijd voordat je links en rechts wordt ingehaald door de concurrentie.”
De datatransformatie maakt van de eerdergenoemde symptomen juist selling points. Datagedreven organisaties werken efficiënter, nemen betere beslissingen, krijgen diepe inzichten in – en strakke controle over – de organisatie en zijn in staat om risico’s beter te identificeren en beheren. Daar is volop bewijs voor. Een bekend cijfer, afkomstig uit een onderzoek van Forrester: datagedreven organisaties realiseren 2,8 keer vaker dubbelcijferige jaarlijkse groei dan organisaties die onderaan de datavolwassenheidsladder bungelen.
En hoe zit het dan met dat willen? “We hebben het hier over een transformatie die de hele organisatie raakt, daar moet voldoende draagvlak voor zijn. Met name binnen de directie: zij moeten de datatransformatie actief (onder)steunen en er voldoende budget en middelen voor toekennen. Belangrijk is ook dat alle sleutelfiguren, en uiteindelijk zelfs alle medewerkers, de wil hebben om datagedreven te werken”, aldus Pieter-Jan.
De kerncomponenten van een datagedreven organisatie
Bij een datagedreven organisatie is data verankerd in het DNA. Op álle gebieden: niet alleen bij IT en finance, maar juist ook bij alle andere afdelingen. Ieder bedrijfsproces wordt verbeterd met data en de hele organisatie ademt een datagedreven cultuur. Omdat data bij iedereen top of mind is, worden altijd onderbouwde – en dus juiste – beslissingen genomen.
Pieter-Jan: “Eén van de grootste valkuilen van datatransformaties is het onderschatten van de menselijke dimensie. Na de livegang heb je technisch goede oplossingen staan, maar vervolgens moet je concluderen dat medewerkers de potentie van data nauwelijks benutten. Bijvoorbeeld omdat ze er te weinig kennis en vaardigheden voor hebben. Of ze zien simpelweg de noodzaak niet.”
Gebruikersadoptie, trainingen op maat om de datageletterdheid te verbeteren en het creëren van een datacultuur zijn cruciale ingrediënten voor datatransformaties. “Je krijgt geheid weerstand. Dus moet je mensen daadwerkelijk zien te overtuigen van de voordelen”, weet Pieter-Jan.
“Het ligt vaak gevoelig, denk aan een doorgewinterde controller die na jaren rapporteren in Excel opeens de stap moet zetten naar Power BI. Ook data governance – waarbij je beleid opstelt voor de verantwoordelijkheden voor en de kwaliteit en beveiliging van gegevens – is berucht. Mensen zien dit aanvankelijk als een last. Maar met de juiste uitleg en aanpak gaan ze het juist zien als een enabler waarmee je veel impact maakt. Het oplossen van dit soort puzzels geeft veel voldoening. Mede hierdoor vind ik datatransformaties altijd gave projecten.”
Een expeditie vol onvoorspelbaarheden?
Neem je dit allemaal in ogenschouw, dan klinkt een datatransformatie als een straffe expeditie vol complexiteiten, hindernissen en onvoorspelbaarheden. Pieter-Jan: “Dat is het beslist niet. Maar je moet wel de juiste aanpak en partner hebben.”
Een adequate en toekomstbestendige datatransformatie vergt altijd behoorlijk wat tijd, geld en middelen, legt Pieter-Jan uit. “Je moet even door die pijn heen. Belangrijk is dat je samenwerkt met een partner die je kan helpen op alle vlakken. Zoals analyse en advies, maar ook het schonen van je data, de implementatie van een dataplatform en het ontwikkelen van dashboards. En daarnaast natuurlijk alle aspecten rondom mensen en processen, waaronder adoptie, datageletterdheid en data governance. Met een integraal datatransformatieprogramma als basis kun je gegarandeerd op een beheerste, voorspelbare en gecontroleerde manier transformeren.”
Datagedrevenheid draait niet om data
Als ‘jong gastje’ was Pieter-Jan al een datafanaat. Bij het online pokeren had hij 16 schermpjes tegelijk open staan. Een tool gaf hem exact inzage in het speelgedrag van zijn tegenspelers. “Er wordt gezegd dat poker een kansspel is. Maar door datagedreven beslissingen te nemen, kon ik de geluksfactor minimaliseren. Zo kwam ik al vroeg in aanraking met de toegevoegde waarde van data.”
Eerder werkte Pieter-Jan in een lab voor data-innovatie. “Daar ontwikkelden we ingewikkelde algoritmes die van alles en nog wat konden voorspellen. Dat was in technisch opzicht fantastisch, maar in zakelijk opzicht mager. Op een gegeven moment besefte ik: wil je dat iets écht omarmd wordt door de business? Dan moet je waarde tonen. En dat doe je via een ijzersterke businesscase. Data is daarbij alleen een middel.”
Data als garantie voor praktisch nut
Data-impact realiseren voor klanten staat nu juist centraal in Pieter-Jans functie: hij helpt klanten om te transformeren naar een datagedreven organisatie. Wanneer een organisatie naar niveau 3 (‘defined’) of 4 (‘managed’) van Cegeka’s Data Maturity Model is getild, staat er een solide datafundament voor het realiseren van alle datagedreven voordelen.
Pieter-Jan: “Dankzij dit fundament kun je als organisatie fantastische dingen gaan doen met ingewikkelde algoritmes die wél van betekenis zijn in de praktijk. Denk aan modellen voor predictive maintenance of het vinden van de ideale klant in je CRM. Maar ook aan chatbots die werken met je eigen data.’
Tuurlijk, een datatransformatie kost altijd ‘bloed, zweet en tranen’, legt Pieter-Jan uit. “Het is en blijft een lange en intensieve reis, die je alleen met de juiste ondersteuning kunt afleggen. Maar ik kan het niet vaak genoeg benadrukken: iedere organisatie kan zover komen dat data een synoniem is voor succes.”
Op jacht naar zakelijk succes met data
Wat is er nodig om te transformeren naar een datagedreven organisatie? In de contentserie Op jacht naar zakelijk succes met data gaan we met dataduizendpoot Pieter-Jan Snijders achter alle uitdagingen, kansen, tips en tricks aan. Zo willen we bedrijven met een wat lager datavolwassenheidsniveau een kickstart geven op weg naar werkelijk datagedreven werken.
Kies je voor Data Driven Organization, dan ga je samen met Cegeka transformeren én innoveren met data. Binnen deze modulair opgebouwde ‘one-stop-datashop’ staan de integrale aanpak en de nauwe samenwerking met klanten centraal. De methode is gebouwd op bewezen effectieve pijlers zoals best practices, tooling en templates.